Jaap van  Epen – De moordenaar en de nozem

Jaap van Epen – De moordenaar en de nozem

Schoonderbeek 1962 Ravenreeks

Ook over deze auteur is helaas niets te vinden.

Wel bekend is waar de afbeelding van het stofomslag vandaan komt.

js


Bernardus Emoleo – Verzamelde desillusies

Bernardus Emoleo – Verzamelde desillusies

De Pelgrim 1946

Niet te traceren van wie dit pseudoniem is. Een recensie uit: De Vrije Alkmaarder van 9 januari 1947: 

"De schrijver van deze verhalen heeft zich geërgerd over de schijnbare logica van tallooze detectiveverhalen. Inderdaad: de conclusies daarvan zijn vaak volkomen fantastisch, en in vele (ook van de gerenommeerd-beste) detective-verhalen is geen sprake meer van den oorspronklijken eisch, die aan elk van die verhalen gesteld moet worden: n.l zijn alle gegevens voor de oplossing zoo in het boek verwerkt, dat ‘n intelligent lezer, als hij zijn hersens maar gebruikte. de oplossing zelf zou kunnen vinden? In de verhalen van den schrijver, die zich achter het pseudoniem Bernardus Emoleo verbergt, zitten zwakke punten. Ik bedoel niet, dat zijn humor te zeer Leonard-Huizinga-achtig dwaas zou zijn. Dat komt

wel eens een keer voor, ja een enkele maal wordt het zelfs Camera Obscura-achtig (in het genre van „hier zet men koffie en over”; maar de schrijver geeft in zijn voorwoord toe, dat humor altijd subjectief  is, en hij heeft werkelijk geest genoeg. Alleen zouden wij hem dezen raad willen geven: wees wat zuiniger en soberder met den geest, dien je werkelijk bezit. De persiflage op de detective-story is uitstekend en er zitten genoeg grappige flitsen in het boek, om het van harte te kunnen aanbevelen aan ieder, de eens lachen wil —-en die genoeg „benul” heeft om de persiflage te begrijpen. Maar juist i.v.m. de subjectiviteit van dezen humor moge B.E. in zijn volgende boek (waarnaar ik met spanning uitkijk)  het bekende citaat

van de firma Goethe & Schiller over de zelfbeperking in praktijk brengen."

Behalve een kort verhaal in Hou en Trouw van 1-10-1946: Een Flardfantasie, zijn er verder geen werken meer aangetroffen onder deze schuilnaam.

js


J.C.W. Duncker – Op en top een Hollander

J.C.W. Duncker – Op en top een Hollander

Hollandia 1932 Roman van avontuur

Uit het leven van Jasper Mercx, den Vlaamschen speurder in Nederlandschen dienst

Omslagtekening van P. Pinot

Johannes Cornelis Wilhelmus Duncker is geboren te Amsterdam op 7-7-1890 en overleden te Amsterdam op

13-7-1953.

Op 31-7-1912 trouwt hij met Martina Arnoldina van Poeteren (1891-1972)

Dochter Maria Antonia Martina wordt geboren op 26-11-1923.

Op 23-10-1928 wordt er nog een dochter geboren. Het gezin woont dan in Rotterdam.

Verdere biografische gegevens ontbreken.

Ducker schreef tientallen korte verhalen in diverse kranten en bladen. Het merendeel verscheen in de periode 1932-1941,

Overig werk:  Het dubbele leven van Koos Meers.(1922),  De groote vergissing : geschiedkundige roman uit de dagen van den "Belgischen Opstand" (1930),

Vier weken vogelvrij (1931)

Met dank aan Henk Hersevoort

js


Th. Duynstee – Het mysterie van dr. Fouquet

Th. Duynstee – Het mysterie van dr. Fouquet

De Combinatie 1956

Schrijversnaam van Theodorus Johannes Leonardus Duijnstee.

Geboren te Den Haag op 15-4-1896 en overleden in 1976.

Op 19-4-1922 trouwt hij in Rotterdam met Hendrika Kuipers (1901-1964)

Volgens Lectuurrepertorium werkzaam in het electriciteitsbedrijf.

Verdere biografische gegevens zijn niet gevonden.

Geen ander werk van deze auteur aangetroffen.

js


Erica – De misdaad op de heide

Erica – De misdaad op de heide

N.V. Drukkerij De Spaarnestad ca.1920?

Volgens De Grote Crimezone Thriller Encyclopedie  is dit een pseudoniem van Michiel Jan van den Berg 1886-1956

Hiervoor heb ik echter geen bewijs kunnen vinden.

Verdere biografische gegevens zijn niet gevonden.

Volgens de KB is dit pseudoniem van Cornelia Carolina Maria Luyken (1805-1873)

Gezien het overige werk onder de naam Erica, gepubliceerd tussen 1853 en 1865 lijkt dit onwaarschijnlijk.

Boek alleen bij de KB gevonden.

Afbeelding collectie KB

Met dank aan Henk Hersevoort

js


Paul Ernst  - De dooden krijgen post

Paul Ernst - De dooden krijgen post

Dynamietserie nr. 13 1946 (vertaling van The dead get mail uit 1938) cover geïnspireerd door het origineel van Rudolph Belarski.

Paul Frederik (Frederick) Ernst geboren  te West Peoria Illinois USA op 7 november 1899 overleden  Zephyr Hills, Florida USA op 21 september 1985

Schreef in de de periode 1928-1946 tientallen korte verhalen voor de pulp markt waarvan de verhalen over Doctor Satan en The Avenger het meest bekend  waren.

Schreef ook onder pseudoniem Frederick Carr, Enest Jason Fredeicks en ,één keer,

Paul Frederick Stern (in Weird tales, 1935, waar ook een verhaal van Paul Ernst in was

opgenomen). Het is niet bekend of andere boeken welke verschenen zijn onder de naam Paul Ernst vertalingen/bewerkingen van deze auteur zijn.

js


Coen van Dijk – De naaktlooper

Coen van Dijk – De naaktlooper

N.V. Ontwikkeling 1924

Bibliografische gegevens over de auteur ontbreken.

Eerder verschenen als feuilleton in Het Volk.

In 1927 werd er nog gewaarschuwd tegen deze titel die voor de jeugdigen vrij te lenen is bij de commerciële leesbibliotheken.

Waarschijnlijk is de waarschuwer uitgegaan van de titel. Het verhaal zelf is, zelfs voor de begrippen uit 1924, onschuldig. Het boek is te lezen in Delpher de kranten-database van de KB.

Recensie uit De Tijd 13-2-1925

Het plaatje zou doen denken aan een rare beweging, maar gelukkig is het boekje onschuldig en het is werkelijk goed gevonden. Deze Coen heeft fantasie, hoor. En hij schrijft heel leuk. hoewel hier en daar wel wat erg gewoon. Er zijn bepaald humoristische zetten in. Coen mag gerust nog eens een boek schrijven en dan moet hij den humor meer volhouden. Vooral zijn toespelingen op de Larensche schilders zijn allervermakelijkst raak.

Wie helpt ons aan een afbeelding van band en/of stofomslag? (het hierboven genoemde plaatje).

js


Thomas Bradford - De geest van Thun Ki Fa

Thomas Bradford - De geest van Thun Ki Fa

Steenuil 1952

Helaas geen biografische gegevens kunnen ontdekken over deze auteur.

Alleen een vermelding in Brinkman en in Lectuur Repertorium.

(pseud. N. Ned. - Een boeiende politie-roman)

In 1942 nog een tweetal vermeldingen in de Brinkman als vertaler van:

Margaretta Brucker - Het doodenfeest en

David Garth - Jock en de sphinx (beide bij uitgeverij Enum)

Wie weet hier meer van?

Afbeelding collectie H. Hersevoort

js


Wim Duk - Schoon Schip lek

Wim Duk - Schoon Schip lek

een soort detectiveverhaal Kroonder 1945

(verhaal uit de bezettingstijd)

Geboren te Breda op 5-9-1918 overleden te Amsterdam op 5-1-2012.

Getrouwd met Johanna Pieternella Varkevisser en later weer gescheiden.

Willen Duk werkte in Groningen als jurist op de gemeentesecretarie en werkte vlak na de oorlogsjaaren mee aan de Regionale Omroep Noord. Later werd hij raadsadviseur bij het Ministerie van justitie en werkte in de jaren 60 mee aan rechtbankuitzendingen op televisie  van de VARA.

Later werd hij benoemd tot hoogleraar bestuursrecht aan de Universiteit van Amsterdam.

Hij was erelid van The Woodehouse-society.

Schreef in 2007 zijn biografie: Eindverslag.

Vier jaar voor het verschijnen van het blad is zijn zoon, de beeldend kunstenaar, Donald geboren (1948).

js


Jef Ersebeek – De gril van den baron - een spannend detective-verhaal

Jef Ersebeek – De gril van den baron - een spannend detective-verhaal

1946 Uitg. De Koepel

Bandtekening gesigneerd door F.R. (weet iemand wie dat is?)

Pseudoniem van Joannes (John) H.Th.M. Eitjes totdat hij in 1948 de naam Ersebeek aanneemt als familienaam.

John Ersebeek is geboren in 1916 en overleden in 2012.

In 1942 is hij in Den Haag getrouwd met Allegonda (Gon) L.M. Stumpel (geb.17-6-1912).

Hij was journalist en in 1948 lid van “Katholieke Nederlandse Journalisten-Kring ” en zo rond 1948-1950 redacteur buitenland van het ANP en woont dan in Den Haag.

Zijn overige boeken zijn geschreven voor de jeugd. Misschien de reden dat Jef Ersebeek in de detective naslag-werken niet voorkomt.

Overig werk: Een Douglas vermist Spaarnestad (onder naam John Eitjes) 1939, De aardbol in gevaar 2 delen Rolu 1946, De laatste ronde De Sleutel 1947, De gouden stem De Sleutel 1947, Joosje de Groote Rolu 1946.

In 1953 verschijnt onder de naam Eva Ersebeek het meisjesboek “Eindelijk Thuis” bij uitgeverij De Sleutel. Het is niet uit te sluiten dat dit boek ook door Jef is geschreven.

In 1960 verschijnt er in “De echo van het zuiden” een feuilleton:  Oerjansen’s geheim De allereerste Nederlandse detective-roman uit de ijstijd.

js


1-10 van de 97 Volgende pagina